IMG_0995

Santa Cilia 2023 – deel 2

Zaterdag 8 juli - eerste vlucht Janus

Hiervoor komen we naar Spanje: vliegen met de Janus.  Genoemd naar de Romeinse godheid die het begin en het einde symboliseert.  Geen benul wat Schempp-Hirth hierin zag.  Het ontwerp is net geen halve eeuw oud en deze cT is nog iets jonger.

De 00-KDB (KB) die midden jaren ’80 nieuw aangekocht werd door Karel Bos is sindsdien een vast onderdeel van de Brasschaatse vloot.  Ondanks zijn leeftijd en het harde werk voor de piloten, kan het zeker zijn mannetje staan in de Pyreneeën.  

Tijdens de briefing krijgen we een mooie voorspelling van plafonds tot boven de 3000m.  We richten op een start om 14:00.  Wanneer we de toestellen buitenzetten, toont een groep gieren hoe in groep te thermieken.  Ze doen dit voor mij wel iets te dicht bij de grond, maar wie ben ik om daar een oordeel over te hebben?

Na het middageten maken we ons klaar en schuiven we aan voor de start.  Aanschuiven, want op zaterdag en zondag komen de Spaanse weekendvliegers met zo’n mooie voorspellingen natuurlijk ook buiten, zeker omdat de regio hier een nat voorjaar gekend heeft, is elke topdag er eentje om mee te nemen.

Uiteindelijk starten we om 14:13.  Ik laat de linkse vleugel een beetje teveel vallen, maar corrigeer tijdig.  Iets te vroeg zet ik de flaps naar +8 en we gaan moeizaam van het asfalt.  De rest van de sleep loopt vlot.  De sleeppiloten van dit jaar zijn een pak comfortabeler dan die van vorig jaar.  Op Step 1 koppelen we af op 1300m en dan begint een vlucht waarvoor gewerkt wordt.  De eerste pomp levert ons maar 300m extra op, dus schuiven we door richting Aisa, de start van de proef die we vorig jaar voor ’t eerst hebben gevlogen.  Onderweg vinden we nog een pomp die ons naar 2300m brengt.  Dit is genoeg om dichter op te schuiven naar het hooggebergte waar we doorklimmen naar 3150m.  Om je aandacht niet volledig te verliezen, kan je de rest van vlucht hier volgen.  De foto’s hieronder geven ook wat sfeerbeelden.

Kort samengevat was het een heel leerrijke oefening waar ik beter leerde vliegen in zeer zware omstandigheden, met windshear, brutale pompen en een onbereikbare gletsjer van Vignamale.

Onderweg vul ik de suikers aan met een muesli-reep en drink ik af en toe wat water.  Mogelijk is het omwille van de inspanning, of het feit dat ik misschien teveel door de mond adem, maar na ruim 3,5u protesteert de maag alsnog, wat de totale vluchtduur beperkt tot 4:10u waar we toch 210 km bijeengevlogen hebben.

Deze avond is het spaghetti-avond.  Een ideale reden om meteen door te rijden met Yves naar het appartement, om toch propere kleren aan te doen.  Wanneer de collega’s na de verplichte pinten ook toekomen, is de pasta met de wereldberoemde saus van Yves bijna klaar.  Ik heb mij – ingegeven door enig compenserend schuldgevoel – opgeworpen tot een vlijtige sous-chef.

De vodka – orange laat ik deze keer aan mij voorbijgaan.

Zondag 9 juli - huishouden

De dag start exact als alle andere: ontbijt, briefing, buitenzetten, middagmaal, starten.  Vandaag is het de beurt aan Rudi en Johan in de Duo en Yves en Bart in de Janus.

Met het besmeurd textiel van gisteren besluit ik vandaag een wasmachine in te steken.  Google Lens helpt me voor de vertaling van Spaans naar Nederlands.  Waar Google niet bij kan helpen, zijn de kuren van de Balay machine.

Ik steek een eerste keer een was in van 30 graden, voor we vertrekken naar de briefing.  Na het middagmaal is die al lang gedaan, maar de deur van de machine wil niet open.  Ik draai wat aan de knoppen om het machine te laten pompen en de knop springt naar ‘Stop’.  Maar nog weigert de deur dienst.  Even gaan horen bij Toya en haar echtgenoot, die meteen mee komen kijken.  Gelukkig ben ik een welopgevoede ordelijke man en staat alles aan kant.  Uit Spaans Frans kan ik opmaken dat een vorige gast de hendel al eens heeft afgebroken, maar dat die nu hersteld zou zijn.  Ik ken de man niet, maar ik krijg er al sympathie voor.

Ik besluit dan maar de was een tweede te keer te wassen op een standaard programma van 40 graden, om de volledige procedure opnieuw te laten lopen.  opnieuw hetzelfde verhaal, met dat verschil dat ook de deur van Toya niet meer opengaat, dankzij de Siësta.  Dan maar werken aan Deel 1 van dit opstelletje.

Wanneer ik zie dat de collega’s aan hun afdaling begonnen zijn, probeer ik opnieuw.  Nu komt de zoon mee die de bestekschuif plundert en met zowat alles met een handvat kotert achter het slot.  Mirakel geschiedt: het slot gaat open.  Ik besluit dat dit de laatste was is van dit verlof.

Tijd om de collega’s op te vangen bij de landing.  Daarna volgt een avond met eerst het lokale flutbier in diepvries-gekoelde glazen, waarna we besluiten om te blijven eten.  Van vorig jaar weten we dat het zondags onbegonnen werk is om niets te vinden om. te eten.  De uitbaatster staat al behoorlijk beschonken aan de toog.  Gevolg is dat ze tot drie keer een bord met vlees voor de neus van Paul zet , met tonijn op de salade, daarna op het vlees, etc.. Herinner je de zware allergie van Paul voor alles wat vis is?  We googlen al het adres van het hospitaal van Jaca, en besluiten dat Paul dan maar kipvingers en patatas bravas eet die Bart besteld heeft.  Een ander gebruik is het nuttigen van de wijn Aviador bij de maaltijd, zuiver omwille van zijn naam en het etiket.

Ik vraag een amper gebakken stuk vlees, maar heb nooit een meer doorbakken stuk schoenzool gegeten.  De Cognac die Rudi vraagt, is een Bourbon Whiskey…  En ga zo maar door.  Tijd om daarna opnieuw af te zakken naar het appartement.  Einde van een mooie dag.

Maandag 10 juli - not fit to fly

Balen in het kwadraat.

Tot 2u klaarwakker gelegen en gezeten en voor 5u vanochtend opnieuw wakker.  Alle pogingen om opnieuw in slaap te vallen, draaien op niets uit.  Vandaag zou het mijn beurt zijn om de Pyreneeën onveilig te maken met Yves en de Janus, maar dit zou niet verstandig zijn.

Bij de ontbijttafel geef ik meteen mee dat ik mezelf niet fit to fly vind, en Bart gooit zijn agenda wat om.  Hij had vandaag wat werk met presentaties en een meeting met de US, die hij nog snel kan herschikken.  Hij is dus meteen bereid om vandaag de Janus te delen met Yves.

Tijdens de briefing al, besef ik dat ik de juiste keuze gemaakt heb, niet zozeer omwille van de voorspellingen, maar ik wil mijn ogen dan al sluiten.  Het filmpke hieronder is dan ook de start van Bart 😉

Ik rij langs Jaca voor cash geld, want ik loop wat achter met mijn bijdrage aan de pot, en dan moet de afrekening van de studio nog komen.  Mijn schuld is vereffend.  Ik rij door naar de Brico van Jaca (écht) voor 60ct aan onderdelen om een kabeltje van de remorque van de Janus te herstellen.  Nog even langs de Mercadona voor boodschappen voor de groep en voor de terugrit.  Wanneer die in de frigo van mijn kamer liggen, kan ik nog snel het herstellingske doen aan de remorque.

Ik heb de laptop meegenomen, om op de club nog wat te werken aan deel 1 van dit verslagske, maar nog voor die is opgestart, hoor ik de collega’s binnenkomen.

De weersvoorspelling die aan mij voorbijging in de voormiddag sprak van veel wind, en dat hebben de vrienden ondervonden.  In het hooggebergte betekent dat turbulentie en pompen die meer weg hebben van wasmachine.  De weersvoorspelling voor morgen geeft … meer wind…  Dat belooft.

Ik kies voor een volledige dag zonder alcohol.  Het pintje van na de vlucht wordt een cola cero, ook aan tafel wordt de wijn vervangen.  Het lijkt te lukken, tot de vodka – orange toch de afsluiter wordt van de dag.

Dinsdag 11 juli - dé vlucht

Vandaag is de dag, en niet omdat het de Vlaamse Feestdag is.  Kiplekker opgestaan na een deugddoende nacht.  Ik ben er helemaal klaar voor.  Als nu het weer ook nog meewil?

Douche – ontbijt – briefing – … elke dag hetzelfde, maar met een zuidenwind van meer dan 70km/u zitten we toch sneller in Frankrijk dan dat we teruggeraken naar de vallei.  Typisch is dat de windkracht aan de grond toch nog bescheiden is, maar fel toeneemt met de hoogte.  We hebben er goede moed op.  Rudi en Paul nemen de Duo en Yves en ik vertrekken met de Janus.  

Wat volgt is de vlucht waarvoor je naar daar gaat.  Bij de start krijgen we nog een showke.  Onder ons, ten noorden van het veld is een akker in brand geschoten.  Ondanks de recente regenval ligt het er dus nog steeds droog genoeg bij voor een brandje.

Pompen dicht bij de grond is een uitdaging, ik vertrouw Yves voor de volle 100%.  Met hem meevliegen is een les in nederigheid.  Ik vind van mezelf dat ik redelijk goed thermiek kan vliegen en de hellingen al een beetje kan lezen, maar hoe hij de plekjes uitkiest en daar het onderste uit de kan haalt, is niets minder dan bewonderenswaardig.  

Er moet gewerkt worden.  Waar bij de ‘interessantere’ pompen de IAS (indicated air speed) eerst schommelt tussen 150 km/u en 80km/u, krijg ik die onder controle tot een stabiele 120 km/u met een stijle helling.  Trager wil ik niet in dit weer; de kans op windshear is hiervoor te groot.  Dank u, Paul voor de gulden tip.  Als het de voorbije sportief vliegen was, is dit topsport.

Vandaag geraken we vlot door Otal en zoeken we de gletsjer op die zich langs alle zijden laat bewonderen.  Tussen de wolken door kunnen we zelfs laminair stijgen tot een dikke 4300m.  De Oudie geeft op dat moment een windsnelheid van 91 km/u, volledig uit de richting van de vallei.  Onder en tegenaan de wolken is het ruw.  Na een tijdje hebben we het er wel gehad, en vraag ik om terug op te schuiven naar de Aragon vallei.  Hiervoor moeten we nog enkele kammen over, en die 91 km/u hebben we vol op de kop, voor een afstand van toch zo’n 60 km.  De Oudie berekent een benodigd glijgetal van 12 en een actueel glijgetal van 11.  Slik.

Boven Otal profiteer ik nog even van de golf die over de bergkam gaat, om wat van de verloren hoogte goed te maken.  Zelfs de lage beboste bergen aan de rand van de Aragon-vallei zijn nog een uitdaging, maar doordat de wind afneemt naarmate we zakken, hebben we ruim hoogte op overschot.

Ik probeer boven boven het reservoir nog wat golf terug te vinden zoals vorige jaar en geraak wat laag.  Ideaal om even te trainen op lage reddingen, wat ook nog lukt.  Nog een kort bezoek aan het gieren-reservaat ten zuiden van het vliegplein en we zetten de landing in.  Ik vind dat ik in downwind iets teveel hoogte verlies en besluit wat vroeger in base te gaan.  Totaal voor niets nodig, zo blijkt want ik kom uiteindelijk pas tot stilstand, ver voorbij exit C.

De euforie is goed voor een hele avond.  Op zo’n manier een vliegverlof afsluiten, is de kers op de taart.  De pint van vanavond smaakt extra goed.

Tijdens de lichte maaltijd van vanavond, hamburgers à la Johan, neem ik afscheid van deze toffe bende.  Ik neem mezelf voor om vroeg te vertrekken.

IMG_0916

Santa Cilia 2023 – deel 1

Zondag 2 juli - de rit

Verschrikkelijk vroeg, maar wel uitgeslapen, begint de lange eerste dag.  Mijn betere helft staat mee op, en zorgt ervoor dat ik op het afgesproken uur bij Yves thuis ben.  Ook zijn betere helft is volop de tekortkomingen van de man aan het compenseren.  Hoe we het in Spanje redden, is maar de vraag. 😉  

In Menen – voor de grens – nog even getankt en door richting Parijs.  Wanneer we Rudi horen, beseffen we dat we maar een kwartier achter hem rijden en we hem dus vlot kunnen inhalen.  Wanneer hij de eerste keer stopt om te tanken in Compiègne, zijn we bij hem net als hij gaat betalen.  Het zou niet beter gepland kunnen worden.  Yves springt bij in de auto van Rudi en we rijden door richting de Franse hoofdstad.  Er klopt iets niet, en het duurt even voor we beseffen dat we over de Périférique rijden zonder file.  Dat zou bij een vertrek op vrijdag en zaterdag wel anders geweest zijn.

Het tempo ligt niet hoog; tot 105 km/u gaat het goed, maar vanaf 106 km/u begint de remorque van de Duo Discus te slingeren.  Niet gevaarlijk; maar vooral ongemakkelijk.  Elke keer we zelf een vrachtwagen voorbij rijden, gaat de aanhanger heen en weer, maar ook wanneer we aan hoge snelheid voorbijgestoken worden.  Als ik een laagvlieger zie aankomen in mijn spiegel, doe ik alsof ik zelf de vrienden ga voorbijsteken, opdat de wannabe piloot moet uitwijken naar het derde baanvak. We wanen ons even Smokey and the Bandit.

Na Parijs stoppen we tussen de vrachtwagens voor ons ontbijt, en de remorque doet dienst als tafel.  Yves neemt het stuur over van Rudi en we zetten de rit voor naar het zuiden.  Plan is om langs Bordeaux, over Biarritz te rijden om de kronkelwegen van de pas van Pau te vermijden.  Dit is èà km om, maar in tijd scheelt het niets.  Opnieuw zijn de snelwegen bijna leeg.  We nemen de Péage poortjes waar we niet eens moeten stilstaan.  Even voor Bordeaux nemen we halte om Rudi te laten tanken en voor het middagmaal en -rust, waarna Yves opnieuw bij mij komt zitten.

Opnieuw een fileloze autosnelweg aan Bordeaux; hoogst ongewoon.  Meer nog, de wegen liggen er verlaten bij.  Richting San Sébastian begint het weer te veranderen en wanneer we aan de andere kant van de Pyreneeën zitten begint het zelfs te regenen.  Enkele tunnel later en wanneer we de Aragon vallei binnen rijden, klaart het helemaal op.  In de tegenovergestelde richting is een zwaar verkeersongeval met één of twee wagen gebeurd, de propeller van één van de helicopters komt zelf over onze kant van de snelweg, en wanneer we zonder vertraging verder rijden, komen we nog minstens 10 ambulances tegen en een handvol brandweerwagens.

Ik heb de ganse weg opgelet op laadstations en elektrische wagens.  De laadstations die ik tegenkwam, waren bijna allemaal ongebruikt.  Hier en daar stond er eens één wagen te laden.  We werden ook wel eens voorbijgestoken door wat Tesla’s en een enkele eTron, maar verder was het behoorlijk rustig qua stroomrijders (lees: nog geen één Polestar gezien).

Wanneer we op het plein toekomen, mogen we de aanhangwagen meteen stallen aan de Hangar Nord.  Na de hartelijke ontvangst van de uitbaters van het clubhuis, het verdiende pintje en een lichte maaltijd, trekken we naar het dorp om onze intrek te nemen.

Toya laat me de keuze tussen de warme kamer op de tweede verdieping of de koele studio op het gelijkvloers.  Op dit moment van de dag is de keuze snel gemaakt.  

 

Maandag 3 juli - montage en rust

Elke dag loopt volgens hetzelfde vaste stramien.  Ikzelf sta zoals altijd te vroeg op en neem een douche.  Afspraak is 9u aan het ontbijt twee verdiepen hierboven bij Rudi en Yves.  Gezellig keuvelen bij Spaans brood en Belgische charcuterie (twee pakken jonge kaas, twee potten choco, en ga zo maar door.)  

Na het afruimen van de tafel en de afwas ga ik nog even naar beneden om mijn tanden te poetsen en mijn gerief bijeen te nemen.  Om 10:15 hoor ik Yves en Rudi langs de trap naar beneden komen, en nog voor ik aan de deur ben heeft Rudi al op de deur geklopt.  

Om 10:30 begint de briefing door Luis Fereira, geen minuut vroeger of later.  Hij gaat door de weersvoorspellingen in de regio volgens de verschillende modellen en gericht op de zwevers.  Het is te zeggen, als hij het dagelijkse gevecht met de beamer heeft overleefd.  We krijgen een vrij pessimistisch beeld gepresenteerd, maar zijn dapper en volharden.  

Na de briefing van vandaag regelen we eerst de administratie en monteren we de Duo.  De vleugels werken niet mee.  Een half uur lang liggen we te klooien, te duwen en trekken.  Zonder in detail te treden, is het toch ondergetekende die de oplossing vindt en 5 minuten later zijn we aan het afplakken.

We zetten het toestel klaar aan de startplaats voor de eerste vlucht van Rudi en Yves.  Ik wilde vandaag sowieso niet vliegen; na de rit van gisteren voel ik de vermoeidheid nog wat en ben ik liever 100% wanneer ik vlieg.  

Vluchten vertrekken typisch ergens tussen 13:00 en 15:00 afhankelijk van de weersvoorspelling. Maar eerst gaan we nog terug naar het appartement voor de middaglunch, die eigenlijk niet veel verschilt met het ontbijt.  Landen zal ook afhangen van het weer, maar gebeurt typisch tussen 18:00 en 20:00.   Wanneer Rudi uitstapt is hij enigszins opgelucht… dat hij terug aan de grond stond.  Hij was drie keer in slaap gevallen in het toestel terwijl Yves rustig verder vloog.

Het toestel wordt gewassen, opgeborgen in de hangar, de batterijen gedemonteerd om op te laden, en de avond wordt opnieuw afgesloten door eten in de club.  Vis, want wanneer Paul toekomt, is het daarmee gedaan.  De man is immers zeer allergisch aan vis.

Dinsdag 4 juli - eerste vlucht

De dag begint als alle andere, maar toch een beetje met vlinders in de buik.  Vandaag mag ik immers meevliegen met de Duo Discus.  En dat is geleden van Haamstede.

Na de verplichte briefing rijden we nog langs de Mercadona omdat we vanavond vis eten op de plancha die Rudi heeft meegebracht.

Ik heb dan ook alles tot in de puntjes voorbereid voor de vlucht.  Oudie 100% geladen, zuurstofslangetje klaar, zonnecreme, hoed, zonnebril, zakjes, alles heeft zijn plaats. De ambities liggen laag.  Het pessimisme van Luis heeft daar niets mee te maken.  We willen ons gewoon amuseren en de kennis van de regio opfrissen. Kort voor 15:00 stappen we in en zijn we klaar.  Op het allerlaatste moment denk ik eraan om mijn pilletje te nemen…  Dat zal zich later wreken.  De sleep verloopt vlot.  De Duo is een droom om mee te vliegen.  Het slepen in Santa Cilia gaat ofwel naar Step 1 of Step 2.  Net voorbij Step 1 koppelen we los omdat de denken thermiek gevonden te hebben.  Het wordt echter krabben, maar de voldoening is dan des te groter dat we een mooie hoogte halen.  Knap werk van Rudi!  Dit zijn écht wel momenten dat je opnieuw in de schoolbanken gezet wordt en een opfrissing krijgt van de dingen die je in België niet gebruikt.  We schuiven wat verder de vallei in.  De volgende pomp draai ik in, en ik moet maar één keer verleggen en ze ligt gecentreerd.  Ik waan me een held.  Dat kwam dan ook op het juiste moment, want ik voel de maag een eerste keer protesteren.  Zelf vliegen helpt daarbij; je voelt de krachten op het toestel en je bepaalt zelf de bewegingen.

Nog wat verder heeft Rudi opnieuw het toestel en haalt hoogte uit een hondsbrutale pomp die ons van +5 naar -3 schudt.  Dat is het moment waarop de maag het niet meer houdt…  Een eerste zakje van het jaar is een feit.  Rudi is heel begripvol als ik vraag om toch binnen te vliegen en doet dit met een landing om in te kaderen.  Die landing is niet “gegeven”, er is voor gewerkt, maar zo zacht, perfect op de lijn …

Met een totale vluchtduur van 1:15 is dit niet om over naar huis te schrijven, maar het doel om ons te amuseren is toch behaald.  Door tijdig terug te komen heeft de maag zich ook snel gekalmeerd.  Een echte cola i.p.v. een pintje, en de rest van het lichaam recupereert ook.

’s Avonds komen Louis en Chantal mee vis eten van de plancha.  Het wordt weer een gezellige avond met veel lachen en nostalgie.  Enkele vodka-oranges en opgelost wereldproblemen later is het tijd om erin te kruipen.  Het wrang gevoel dat de geschiedenis zich herhaalt, is volledig weg.  Zo’n topgasten.

Woensdag 5 juli - BBQ en Paul

De dag begint als alle andere.  Paul is ondertussen vertrokken met de Janus vanuit België.  Het onderdeel voor zijn wagen is uiteindelijk op dinsdag geleverd en geïnstalleerd.  Afhankelijk van hoe vlot hij kan rijden zal hij vanavond of donderdag toekomen.  Ik stel Louis voor dat hij met Rudi de Duo neemt.  De man zit hier drie weken te kamperen en wil de bergen ook wel eens van bovenaf aanschouwen.  Hij laat het zich geen twee keer voorstellen.

De weersvoorspelling is opnieuw zeer voorzichtig maar deze keer heeft Luiz gelijk.  Het trekt vroeger toe maar dat komt niet slecht uit.

We hebben immers afgesproken om met de overschot van de vis en en wat vlees van Louis en Chantal, een surf en turf BBQ te doen.  Opnieuw een gezellige avond.

… en dan verschijnt een camionette met een lange remorque ten tonele.  Paul heeft de trip op één dag afgewerkt.  Zijn reis was iets vermoeiender met meer file en een iets langere omweg, maar hij is er veilig geraakt.  Ik spring als een enthousiast kind over de leuning en we zetten de Janus in zijn doos aan de overkant van de piste tussen zijn soortgenoten.  

Dat geeft Rudi en co de tijd om alle sporen van vis zo snel mogelijk te verwijderen, van ook in het clubhuis van Santa Cilia staat Paul gekend als Mister No Fish.  Hij is zeer allergisch en dat zal later op de week nog partner spelen.

Opnieuw een succesvolle dag.

Donderdag 6 juli - no fly day

De dag begint met hetzelfde ritueel, maar wanneer we op de briefing aankomen staan we er alleen.  Een verraste Luis meldt ons in Spaans Frans dat er niet kan gevlogen worden.  Er worden stormen verwacht en de soaring conditions zijn zeer ongunstig.  

Als we naar de buienradar kijken geeft ons dit nog een dik uur om de Janus ineen te zetten.  We zijn met genoeg volk, want ze is soms nogal tegendraads.  Ook vandaag werkt ze niet helemaal mee, maar met wat zweet en gevloek komt het allemaal in orde.  

Wanneer we Louis hebben afgezet aan zijn rollend huis, rijden we terug naar het appartement voor de lunch.  Er zit niets anders op dan te mijmeren over wat reclamefilmpkes waar zwevers in voorkomen.  Ik ga even terug naar mijn kamer en probeer of een siësta ook iets voor mij is.  Succes!

’s Avonds ontbreekt het ons gedrieën aan inspiratie.  Uiteindelijk besluiten we een pizza te gaan eten in de camping in Punta La Reina, om daar voor een gesloten poort te staan.  Ik lees in het Spaans dat de camping privé-domein is geworden en dat het ‘restaurant’ voor avonden alleen op vrijdag en zaterdag geopend is.  Een poging in het tweede ‘restaurant’ aan het rond punt van Punta La Reina levert ons alleen wat Spaans geroep en getier op.  Dan maar de straat oversteken voor enkele pizza’s die we opwarmen in de oven.

Het beloofde onweer dient zich die avond nog aan:

Vrijdag 7 juli - Mammatus

Vandaag vliegen de anderen.  De voorspellingen maken er ook een korte dag van. We zetten de toestellen klaar na de briefing voor een start vanop de 2-7 en wanneer we na de middag willen vertrekken is de tailwind zo fel dat de piste gewisseld wordt.  Een bijzonderheid aan het vliegveld van Santa Cilia is dat ze afloopt naar het westen.  Het duurt dus heel wat langer om hoogte te winnen als je in de richting van het oosten moet opstijgen.

Zo’n wissel houdt in dat de toestellen van de ene kant van de piste naar de andere kant verhuisd moeten worden, waardoor ze het laatste stuk in tegengesteld richting van het opstijgende verkeer over de main runway moeten.  Enige coördinatie met de vliegoperaties is dus van groot belang, maar alles verloopt vlot.  Mijn wagen en de camionette van Paul staan aan de 0-9.  Ik ben collegiaal en op vraag van de Spaanse vrienden help ik hen ook nog even starten.  Ondertussen is het al 15:00.

Vanaf 17:00 zou de storing over het plein komen.  Zo’n storingen zijn niet te onderschatten.  Terwijl het boven het hooggebergte nog vliegbaar is, houden de piloten nauwgezet de condities in de buurt van het veld in de gaten.  

Een en ander geeft mij twee uurtjes om te gaan tanken en te winkelen voor het eten van vanavond.  Ik had de auto laten draaien om het interieur koel te houden.  Immers dreigende storm betekent niet dat het kouder is.  Het gevolg is dat de auto aangeeft nog …. 0 km te kunnen rijden.  Het tankstation van Jaca ligt op 14 km.  Oeps.  Als ik daar toekom heb ik meer dan 1300 km gereden op een volle tank.  Niet slecht.

Dan snel naar de Mercadona voor het avondeten.  Die ligt bijna recht tegenover het tankstation.  Ik maak het mezelf gemakkelijk door diepvries wedges te nemen, wat sla te mengen met paprika en mayonaise en rundslapjes.  Die zijn per drie verpakt en dat komt goed uit want Bart en Johan zijn onderweg.  Om 16:00 laten ze weten dat hun ETA om 19;03 is.

Het feit dat het werk de dag ervoor hebben gemeld dat de nieuwe firmawagen besteld wordt, en het stresske van het tanken, overtuigen mij langs de lokale laadpaal te passeren.  Die snellader ligt op minder dan 3 km van waar we logeren.  Het is niet dat ik Chargemap niet vertrouw, maar ik zie het toch graag met eigen ogen.  Het is toch allemaal heel nieuw?  De laadpaal aan het Hotel Aragon ziet er nieuw uit en heeft een vermogen van 100 kW, de helft van wat de nieuwe wagen aankan maar sterk genoeg om van 10 naar 80% te gaan in iets minder dan een uur.  De volgende laadpaal met minimaal 100 kW ligt op 100 km.  Ze mogen dus nog een tandje bijsteken hier.

Ik heb net genoeg tijd om de boodschappen in mijn frigo te leggen en terug naar de Aerodromo te rijden, wanneer ik op het handpostje het vertrouwde “Santa Cilia, Kilo Delta Bravo cinqo minuto para aterisar principal cero nueve” hoor met een stevig Antwerps accent.  Yves komt dus binnen en ik ben net op tijd met het startwiel, het vleugelwiel en de trekstang.  Kort daarna volgt de Bravo Golf, en geen kwartier te vroeg.

Wat volgt is de wonderlijke pracht en kracht van de natuur.  De bijzondere Mammatuswolken bedekken zowat de helft van het luchtruim. De andere helft komt bijna uit een Steven Spielberg science fiction film.  Het onweer schuift dichter bij en pas wanneer een kleine windhoos ontstaat midden op het veld, zoeken de anders zo dappere piloten de veiligheid van het clublokaal op.

De bui passeert en tegen 19:00 maken we gebruik van een korte onderbreking in de neerslag op naar het dorp af te zakken.  Ik begin snel aan de maaltijd en hoor geen reclamaties; missie volbracht.  Even later gaat de bel en zijn Bart en Johan er ook.  De laatste twee stukken vlees gaan de pan in.

De nieuwe gasten sluiten mee de avond af.  Morgen staat mijn tweede vlucht op de planning, dus ik besluit er op tijd in te kruipen… Zzzzz

DCIM100GOPROGOPR0757.JPG

Dag 20 : Venice Beach

De
laatste volle dag willen we het rustig houden, en daarvoor kiezen we Venice
Beach.  We parkeren aan 15$ voor een dag,
en we prijzen ons gelukkig, want 50m dichter bij het strand was het nog 30$.  En bij het oversteken van de straat zie ik de
beroemde canals.  Suuuper gezellig, en
iedereen zegt vriendelijk goedendag.  Via
achterstraatjes komen we dan toch op de beroemde betonbaan van Venice Beach

Het gedruis is overweldigend : iedereen schreeuwt om aandacht.  Geen Harley’s maar gepimpte fietsen met chroom en boomboxen.  De blik van de bestuurder doet niet onder voor Sons of Anarchy; dit is zijn terrein.  De kruidendokters staan klaar om je te helpen, met allerlei varianten van het vijfvinger-kruid.  De opschriften op het te koop aangeboden textiel zijn niet meer kindvriendelijk maar niet let er nog op, want aan de overkant van de straat is een Hare Krishna event aan de gang.  Blijkt om een wedstrijd te gaan waar verschillende groepen meedingen naar de prijs voor de mooiste praalwagen, of de grootste aanhang, … helemaal zeker zijn we niet maar we krijgen niet genoeg van de vreemde figuren die hier rondlopen.  Met politie-escorte komen er nog Gods-aanbidders in combats voorbij.

De
daklozen zijn hier ontelbaar : sommige slapen op het strand vlak naast het
fietspad waar zowat elk denkbaar ongemotoriseerd voertuig passeert.  Gelukkig is het parelwitte strand breed
genoeg en hebben we toch de rust om na te praten over de voorbije drie
weken.  Op de terugweg stoppen we in de
buurt van een daklozenkampje.  Ik laat
het smeltwater weglopen en draag de koelbox met de koele ice-tea en
waterflesjes tot bij de bewoners.  ‘Can I
interest you in a cooler with some cold drinks?’  Dat levert mij prompt een paar ‘God bless
you’s op, en wanneer we met de wagen daar terug passeren, zien we ze de flesjes
verdelen, en is de cooler een zitbank geworden.

Vanavond alles inpakken en vooral de koffers wegen met de weeghaak (nog eens bedankt, mama).  We krijgen beide koffers op 22 kg, maar moeten de wandelschoenen meenemen in de rugzak.

IMG_8237

Dag 19 : Los Angeles

Na gisteren hebben we terug nood aan gezelligheid en warmte, dus zetten we Santa Barbara en Santa Monica op de agenda.  De palmbomen worden hoger, en alles lijkt terug als in de filmpkes.  Aan Malibu beach houden we halte om een stukje te eten.  Aan de wagens die voor de huizen staan, kunnen we afleiden dat hier geen sukkelaars wonen.

In LA geraakt de GPS er niet meer helemaal uit, maar met enkele minuten vertraging staan we bij ons hotel in downtown LA.  We hebben de keuze tussen zelf parkeren en valet, dus : José, park my car ;-). Met wat vertraging krijgen we onze kamer op de 20ste verdieping.

Mijn kersverse heeft uitgezocht dat Little Tokyo Mall achter de hoek ligt, dus vanavond eten we Japans.  Gezelligheid ten top, die avond is er geen nieuw toptalent gepasseerd aan de karaoke, en heb ik eerlijkheidshalve ook mijn vrouwke snel voorbij het podium gesleurd.  Anders was op deze pagina nog een filmpje gekomen (zonder klank, kwestie van de auteursrechten uiteraard).

IMG_9063

Dag 18 : US-1

Na twee dagen niet te rijden, breekt vandaag een heel lange rit aan, die naar Santa Maria.  Dus kiezen we voor de traagste manier om die afstand af te leggen: langs de schilderachtige US-1.  Deze kust is wondermooi en dankzij een truck die aan een slakkentempo deze eenbaanssnelweg afrijdt, kunnen wij en een miljoen anderen het uitzicht in ons opnemen.

Enkele uren later, wanneer de truck toch even moet pauzeren aan de Big Sur, wordt hij daarvoor vriendelijk bedankt met enkele claxons.  We stellen de beslissing over het avondeten uit tot aan het hotel, wanneer de avond al gevallen is.  Zo veelbelovend als het er langs buiten uitziet, zo troosteloos verloopt de rest van de avond.  Met wat tegenzin komt de receptioniste uit haar kantoortje en geeft ons een kamer in het ‘historische’ gedeelte van het Historic Santa Maria Inn.  Dit zou zo’n 100 jaar oud zijn, en dat willen we zeker geloven.  De kamer is klein, de badkamer gemaakt op mensen van 100 jaar geleden.  De rookdetector ligt op een tafeltje, zonder batterijen uiteraard.

Het restaurant is gesloten, dus dan maar een bezoekje bij de hamburgertent ernaast.  In vergelijking lijken de Wendy’s en Burger Kings op sterrenrestaurants, maar we zijn weer een ervaring rijker.  Morgen L.A.

DSCN0972

Dag 17 : San Francisco

Na het complimentary ontbijt, wandelen we van het hotel terug naar de kaai van de Alcatraz Cruises.  Ik heb er tijdens de reis al eerder een sport van gemaakt om de mensen aan te spreken in hun eigen taal, waar ze altijd van schrikken, zo ook de Nederlanders die denken dat niemand hen verstaat als ze opmerkingen geven over de koffiekoeken in de koffiebar.  Vandaag hebben we een jas aan, wat vier dagen geleden nog ondenkbaar was.

Er staat een strakke wind uit de baai en de passagiers met short en t-shirt blijven benedensdeks.  Alcatraz is de moeite.  De lopen zelf het eiland rond, en luisteren dus niet naar de audiotoer.  Twee thema’s worden uitvoering aangekaart : de gevangenis uiteraard, en het claimen van het eiland exact 50 jaar geleden door de indianen.  Ik krijg terug symathie voor de ‘native americans’.  Zo deden ze in 1969 een bod op het eiland voor 24$ aan kralen en juwelen, met de mededeling dat ze wisten dat dat veel te gul was gezien de gemiddelde prijs per vierkante meter die ze voor Manhattan hadden gekregen, maar dat wilden ze wel door de vingers zien.  Alle grafitti van toen, is uit eerbied voor dit stuk geschiedenis bewaard en erfgoed geworden.

Wanneer we terug aan land komen, zien we dat de Golden Gate verstopt zit achter een dikke wolk, en besluiten we Lombard Street op te zoeken, het meest bochtige straatje ter wereld, dat versierd wordt door massa’s bloeiende hortensias.  In dit meer residentiële deel van de stad vinden we kleine paleizen terug.  Tijd voor een terrasje, en dus terug naar het water.  Op de meest originele manieren, proberen performer een centje te verdienen; één zit in camouflage achter een struik die hij zelf meegenomen heeft om de mensen de stuipen op het lijf te jagen, maar de helft van de tijd verraadt hij zichzelf omdat hij zijn lach niet kan inhouden.

Het idee is om de cable tram terug te nemen, maar de wachtrij aan de eindhalte is minstens een uur.  Aan alternatieven geen gebrek : huurfietsen, elektrische Jump deelfietsen of Bird-steps.  Maar een man spreekt ons aan om voor dezelfde 7 dollar voor een enkel ritje, ons tot aan union Square te brengen, achter het hoek van ons hotel, … met een limo.  Daar moeten we een halve seconde over nadenken en delen we een stretch met een moeder en dochter uit Wisconsin, en even later nog een koppel uit ‘let’s not talk politics’ Texas.  België is weer het gespreksonderwerp, want de Texaan is er gepasseerd op de weg van Parijs naar Amsterdam.  De rit is te kort, de dag ook.

IMG_4461

Dag 16 : San Francisco

De meest Europese stad van de Westkust, en die indruk krijgen we al in het verkeer.  We mogen ook voor ‘t eerst tol betalen, om de lange nieuwe brug richting SF te passeren.  Downtown betekent dus echt wel het centrum : parkeren doen we voor een luttele (!?) 70$ om de hoek in een publieke ondergronde parking.  Sara aan het onthaal ontvangt ons met een brede glimlach, en weet duidelijk niets over België. 

Ze geeft ons onmiddellijk een upgrade naar een kamer op het 34ste, met een prachtig uitzicht over San Francisco.  Het loont dus af en toe te laten vallen dat we nog honeymooners zijn.  Kleine tegendienst : of we haar willen vermelden in een review op Tripadvisor, maar die wel in onze eigen taal invullen.  Met enige fierheid toont ze de automatische vertaalfunctie van deze site.

Als we dan nog even genieten van de luxe en het uitzicht, belt ze ons nog even op: “Hebben jullie de enveloppe al gevonden aan de deur, want ze heeft een bellboy gevraagd enkele ontbijtvouchers onder de deur te schuiven”.  De 5 sterren heeft ze zeker verdiend.

Tip voor de aandachtige lezer : ook wanneer het ontbijt reeds betaald is, wordt een fooi verwacht.  Doe je dat niet, kan je ‘s anderdaags je fruitsap zelf gaan halen, en blijft de beloofde koffie weg.

We wandelen de eerste dag nog even tot aan Fisherman’s Wharf, een must-sea (hebt g’em?).  Voor morgen hebben we een voucher om met de ferry naar Alcatraz te varen, maar op het nummer waar we moeten bevestigen is geen gehoor, dus besluiten we gewoon even tot daar te wandelen.

Fisherman’s Wharf moet je gewoon zelf ondervinden, want ik kom niet direct op een gekend pretpark dat hierop lijkt.  Met uitzicht over de zeehonden en wat verder Alcatraz, genieten we van een romantisch etentje.  De wandeling terug naar hotel gaat iets trager.  Het valt wel op dat deze stad minder zuiver is dan het gemiddelde natuurpark.  Af en toe komen we luid roepende of zingende daklozen tegen en aan bushokjes liggen soms hele zakken kleding en dekens.  Dit probleem hebben ze in deze stad nog niet onder controle.

Weer een dag die we niet snel zullen vergeten, ook al omdat we dit verslagje online zetten.

DSCN0888

Dag 15 : Yosemite

De realiteit komt hard aan.  Yosemite is het park waar we enorm naar uitgekeken hebben, dus vertrekken we ’s morgens goed op tijd uit Mammoth Lakes.  We rijden het park in via de Tuolumne Meadows waar we even stoppen voor het Visitor’s Centre, maar voor we zover geraken staat een jonge kerel in uniform onze aandacht op te eisen.  Hij stelt zich voor als een Naturist Park Ranger, het soort dat als natuurgids uitleg geeft over dit gedeelte van het Park.  Je kan onmogelijk onberoerd blijven door zijn enthousiasme.  Hij vertelt honderduit over hoe de lente, zomer en herft hier op record-tempo passeren omdat de winter 8 maanden duurt, over zijn cabine waarvan het dak een zeildoek is, en hoe je de beren soms tot op enkele meter komen.  Wanneer hij zijn publiek vraagt van waar ze komen en wat we verwachten, is hij zichtbaar geshockeerd wanneer we zeggen dat we maar één dag in het Park zijn. 

In een moment van reflectie maak ik me de bedenking dat WIJ ineens de oppervlakkige toerist zijn, en met gepaste schaamrood druipen we af om de weg voor te zetten richting de trekpleisters die allemaal rond de Yosemite Valley zijn neergezet.  Tijdens de rit van meer dan 80 km, zien we de stukken van dit park die vorig jaar nog afgesloten waren omwille van de branden. 

Eens in de Valley staan we in de file.  Echt.  Alhoewel ook dit park groter is dan de provincie Antwerpen, wil iedereen aanschuiven voor dezelfde selfie aan de bruidsluier waterval, maar alles wordt in goede banen geleid door de honderden parkwachters.  We spotten ei zo na drie zwarte beren, op weg naar ons hotel.  Om nog langs Glacier Point te rijden is het te laat; allicht zou het donker zijn tegen dat we er toe komen.

De zijdeboom

De vriendelijke jongedame aan de receptie van ons hotel in El Portal geeft ons prompt een upgrade en we belanden in een luxe kamer met een ruim terras aan de Merced rivier.  Aan het terras doen de kolibries zich tegoed aan de nectar van de Albizia Julibrissin, een boom die we thuis in de tuin hebben staan. Het appartement geeft ons meteen de ruimte om de koffers wat te reorganiseren.  Blijkt dat de koffer vuile was zwaarder is dan die met propere kleren.  Misschien toch nog een wassalon binnenlopen?  Een beslissing die we graag uitstellen tot morgen.

Komt niets van … morgen : “If you’re going, to …”

IMG_6028

Dag 14 : Mammoth Lakes

Een nieuwe dag vol contrasten breekt aan.  Ons roadbook liegt ons voor, en beweert dat we maar een uurtje moeten rijden, wat ons gemoed sust voor de brandstof.  Na dat uurtje, valt onze figuurlijke frank dat er iets niet juist in de haak zit, dus zoeken we een oplossing voor het tanken.

Tip aan de lezer : de prijzen voor de benzine kunnen variëren tussen pakweg 3$ en 4,5$ per gallon (3,78 liter).  En dat is als je zelf tankt, want in een zogenaamde full-service tankstation komen ze je bak volgooien (letterlijk dan) en dan mag je hogere prijzen verwachten.

Onderweg, in Bishop, komen we Schat’s Bakkerij tegen, net naast Anneke Schat’s Wine Cellar. Wanhopig op zoek naar brood met een korst springen we er binnen, en komen zowaar in een soort bakker-museum vol Delfts Blauw, en tientallen soorten brood. Vol goede moed kopen we er gelijk onze lunch, zowat een boterham in een plastiek schaaltje. 2 sneden brood met daartussen beleg (sla, tomaat en tonijnsla) kosten 8$ per stuk. Meteen verstaan we hoe deze Nederlander aan zijn familienaam komt. Het is er een drukte van jewelste, maar brood met een korst, vinden we niet. Het gebak is ook hier weer overdreven gesuikerd.

Wanneer we dus wat later dan verwacht in Mammoth Lakes toekomen, is de temperatuur gezakt van 48 graden naar 22 graden Celcius,  zijn we gestegen van 60m onder de zeespiegel naar 2.400 m boven de zeespiegel en heeft de woestijn van de voorbije twee weken plaats gemaakt voor dennebossen.  Bij onze wandeling komen we zowaar sneeuw tegen, al moet ondergetekende daarvoor wel even afwijken van het wandelpad.  Volgens de dames van de receptie was het ski-seizoen nog maar net voorbij.  En we zijn nog steeds eind juli 🙂

Het hotel is deze keer wat minder, maar het is maar voor één nacht.  Moesten we willen terugkomen om meer van de streek te leren kennen, zal het toch een iets beter hotel moeten zijn.  Bij een frisse pint genieten we nog wat na over de voorbije dagen en weken, alvorens de rust van ons kamertje op te zoeken.

DSCN0856

Dag 13 : Death Valley

Met iets meer gemak dan de eerste avond, vinden we de weg naar de receptie.  De auto staat ook nog waar we die twee dagen geleden hebben achtergelaten, al is het ijs van de cooler nu wel echt gesmolten.  De eerste orde van de dag is dus :  brood – charcuterie – ijs, en vooral water.

Bij het buitenrijden van Vegas vinden we alles wat we nodig hebben, in de Target en Walmart. Maps.me brengt ons naar de volgende rustplaats : Death Valley, maar onderweg passeren we nog enkele mooie plaatsen.  Ik besluit het Badwater Basin te laten voor wat het is, en rij naar Dante’s View, zo genoemd als verwijzing naar de voorstelling van de hel door Dante Alleghieri waarbij je dus van boven kijkt naar de ‘ergste hel’.

De borden langs de weg houden we goed in de gaten.  Het aantal kilometer tot aan het volgende service station.  Eén bord meldt dat je beter de airco uitzet om de motor niet te oververhitten, maar we vertrouwen de japanse technologie en houden het koel, met één oog op de koelwaterthermometer.

Op een kleine 1700m hoogte is de hitte te verdragen, maar geamuseerd volgen we de evolutie van de thermometer van de auto.  Wanneer we aan Zabriskie Point stoppen, is hij al goed op weg, en aan ons hotel piekt hij op 120°F. Furnace Creek heeft zijn naam niet gestolen.  We zitten hier 60m onder de zeespiegel, maar het voelt hier droger, … en warmer.

De hitte maakt zelfs ademen moeilijk, maar alles komt goed.  ’s Avonds, wanneer de temperatuur gezakt is naar een koele 36°C maak ik nog even een wandeling over het domein.  Het is vreemd om in deze extreme omstandigheden te wandelen over ’s werelds laagst gelegen golfterrein met zicht op de melkweg.  Alles wordt zo relatief als zelfs de sterren dichtbij lijken.  Filosofisch moment, last van de hitte?