Na een korte nachtrust en het complimentary breakfast, wandelen we de Mossy Cave Trail, een goede tip van één van onze Facebook-vrienden, Jan. Hier zie je het landschap veranderen. Lange tijd geleden, werd door mensenhanden een doorgang geforceerd om hoger gelegen water van één vallei naar een andere te stromen. Hierdoor heeft de eeuwenlange erosie die de karakteristieke hoodoos fabriceerde, nu ook rivierbedding full-option, dus met waterval. Van hieruit vertrekken we recht richting onze volgende bestemming.
Bryce Canyon National Park heeft bijzonder veel te bieden, is een parel van formaat. Maar wat volgde was weerom mooi.
Eerst en vooral het logement. Wat. Een. Voltreffer. De Zion Mountain Ranch bestaat uit een hoofdgebouwke annex winkel en een hoop huisjes van verschillende formaten. We zijn nog te vroeg, maar kunnen al inchecken. Op de sleutel moeten we wel wachten, aah ja, een sleutel : zoiets van metaal dat je in een uitsparing in de deur duwt, en dan tegen de klok in draait.
De vriendelijke dame aan de toog doet ons het verhaal van Betty, het bizon kalf dat in een put verzijld geraakte, gered werd door de uitbaters, maar door de kudde verstoten werd. Het werd dan maar gezoogd, en is makker dan een Golden Retriever. Zonder zwans. Betty is nu 2,5 maand oud, en brengt me toch niet van de gedachte om vanavond bizon te eten. Nog even langs de kudde bizons die nu heel toevallig vlakbij komt grazen, en dan door.
Om de tijd optimaal te besteden, rijden we al even door naar Zion. Met de National Parks pas, kost dit ons toch niets meer. Het is hier iets drukker dan de vorige parken, maar o zo feeëriek. Eén van de eerste bergen die we tegenkomen is de Checkerboard mesa, de foto geeft wel aan hoe die aan zijn naam komt.
Met de auto geraken we tot op de grote parking van het Visitor Centre, in elk park een goede uitvalsbasis trouwens. De bedienden zijn altijd hulpvaardig, gastvrij en correct. Zo leren we dat slechts de helft van het park toegankelijk is met de auto. Voor de rest moet je de gratis bussen nemen, maar dat is geen opgave : ze komen om de 5 minuten en je steek er onderweg wat van op.
We hebben onze zinnen gezet op de Narrows, een wandeling door het water in een smalle kloof op op het einde van de Canyon, maar wegens overstomingsgevaar afgesloten. Daar zitten de buien voor iets tussen die we de hele dag gezien hebben. Met enige vertraging kan het water van kilometers verder in de bergen verzamelen, en voor een vloedgolf zorgen die bomen en al meesleurt. Spontaan duidt de parkwachter enkele gemakkelijke wandelingen aan, waarvan we er een eerste doen ; de Lower Emerald Pools. Helemaal zeker zijn we niet dat we in ons opzet geslaagd zijn, want de wandeling die we doen lijkt veel langer, met meer hoogtemeters dan in de brochure staat, maar hoe indrukwekkend.
Voilà, terug naar de auto en op naar onze cabin. De voorbije dagen zijn redelijk vermoeiend geweest, en we steken dat maar graag op de warmte. Mede door de uitnodigende houten schommelstoel en het plan om in dit afgelegen gehucht eindelijk de foto te nemen van de Melkweg, besluiten we het morgen wat relaxer aan te pakken, temeer omdat we naar Sin City trekken. Eerst nog het langverwachte bizon-vlees. Het restaurantje van de Zion Mountain Ranch heeft smaak. Ze hebben de kruiding perfect, de garing van het super-magere vlees met de paarse aardappelen, en alles errond maakt het een feest. Mijn enige spijt : dat ik niet meteen voor de bizon-steak ben gegaan. De pinot noir paste, maar was teveel 😉
De weg terug naar ons huisje lijkt veel langer, en wanneer vervolgens de hemel dichttrekt met wolken, zakt de moed in de wandelschoenen. Ik begin te vrezen dat ik voor een foto van de Milky Way naar het snoepgoed zal moeten zoeken…